Formule Corona huurkorting krijgt steeds vastere vorm
Meester Advocaten volgt de jurisprudentie op het gebied van corona huurrecht op de voet. Zij is bij vele zaken betrokken en rubriceert alle gepubliceerde en niet gepubliceerde uitspraken. Interessante ontwikkelingen kunnen op deze manier direct worden gesignaleerd, zo ook nu.
Vooraf:
In maart 2021 heeft de rechtbank Amsterdam voor het eerste een vaste formule geïntroduceerd voor het berekenen van huurkortingen. Als huurders hun omzetdaling in kaart kunnen brengen vergeleken met het jaar daarvoor, dan kunnen zij bij hun verhuurder aankloppen voor deze korting. Bij de omzetdaling dient wel de in een bepaalde periode ontvangen TVL te worden opgeteld. Resultaat is dat zowel verhuurder als huurder in de pijn van de omzetdaling delen, aangezien de coronacrisis niet tot het normale ondernemersrisico van huurder behoort. In eerdere weblogs, waaronder: “Eerste bodemprocedure huurkorting Amsterdam: rechter komt met rekenformule” hebben wij hier eerder aandacht aan besteed.
Niet verrassend hebben verhuurderspartijen zich verzet tegen deze berekeningswijze. Niet de omzetdaling zou centraal moeten staan, maar het gedeelte van de huur dat niet door de TVL wordt gedekt. Op die manier is het kortingspercentage slechts enkele procenten. Ook hier is in eerdere weblogs aandacht aan besteed “Rechtbank Amsterdam herbevestigt de Hotel V formule”.
Als al van de omzetdaling uitgegaan zou moeten worden, zou niet alleen de TVL, maar ook het bedrag van de NOW bij die omzetdaling moeten worden opgeteld, aldus verhuurders. Die argumenten van verhuurders hebben tot op heden nog geen navolging gevonden in bodemuitspraken.
Rechtbank Amsterdam vaart wat dat betreft een vaste koers. Inmiddels hebben ook andere rechtbanken in Nederland zich achter die berekeningswijze aangesloten. Wellicht dat het vanzelfsprekend lijkt dat vergelijkbare gevallen door verschillende rechtbanken hetzelfde worden beoordeeld, maar dat is het in de praktijk allerminst. Rechtbanken houden er ieder vaak hun eigen beleid en richtlijnen op na. Dat rechtbanken zich eensgezind achter dezelfde formule scharen is dus wel opvallend, maar uiteraard goed nieuws voor huurders en horecaondernemers.
Uitspraken van rechtbank Noord-Holland, rechtbank Zeeland-West-Brabant en de rechtbank Rotterdam volgden de “Amsterdamse formule”. Binnen Rotterdam lijkt overigens nog geen volledige eensgezindheid over het al dan niet betrekken van de NOW subsidies. In de ene uitspraak wordt hij wel opgeteld en in de andere wordt deze buiten beschouwing gelaten.