Beëindiging van het slapend dienstverband?
De Hoge Raad is recent geadviseerd over het slapend dienstverband van de arbeidsongeschikte werknemer. Als de Hoge Raad dit advies overneemt, kunnen werkgevers -kort gezegd- niet langer onder een betaling van een transitievergoeding uitkomen door een arbeidsongeschikte in dienst te houden (“slapend dienstverband”), uitzonderingen daargelaten.
Advies aan de Hoge Raad
Hoewel de Hoge Raad niet verplicht is om zo’n advies over te nemen, gebeurt dat in veel gevallen wel. Het ziet er dan ook naar uit dat het advies wordt overgenomen en werkgevers een slapend dienstverband zullen moeten beëindigen en een transitievergoeding moeten betalen. Het advies verwijst in dit verband ook naar een wet waarin is geregeld dat werkgevers door het UWV kunnen worden gecompenseerd voor betaling van een transitievergoeding aan een langdurig arbeidsongeschikte werknemer (de “Compensatieregeling”). Deze Compensatieregeling zal per april 2020 met terugwerkende kracht in werking treden.
En nu?
Het woord is nu aan de Hoge Raad, maar als werkgever kunt u er alvast rekening mee houden. Valt u onder een uitzondering of niet. Daarnaast zal een werkgever ook willen weten wanneer de terugbetaling van het UWV naar verwachting zal plaatsvinden en uitbetaling tot welk bedrag. In de Compensatieregeling is namelijk opgenomen dat de transitievergoeding is gemaximeerd. De vergoeding is niet hoger dan de wettelijke transitievergoeding berekend op de dag na het verstrijken van de periode van 104 weken arbeidsongeschiktheid, zoals bedoeld in artikel 7:629 lid 1 of 2 BW. In het geval het UWV niet compenseert en/of een gedeelte niet compenseert, blijft het dus voor rekening van werkgever.
Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB)
Met de WAB zal ook de opbouw en/of berekening van de transitievergoedingen wijzigen. Dit zou ook zijn weerslag hebben op lange dienstverbanden. Als de WAB, zoals beoogd met ingang van 1 januari 2020, zal worden ingevoerd, zal dit met name gevolgen hebben voor de (veelal oudere) werknemer met veel dienstjaren. De opbouw van de transitievergoeding zal dan lager zijn.
Wat dat voor uw geval betekent, hangt van verschillende omstandigheden af. Desgewenst kunnen wij daarbij adviseren.