Sluitingsprocedure horecabedrijf. Advocaat inschakelen?
Horecabedrijven kunnen om tal van redenen worden gesloten. Meest bekende voorbeelden zijn sluitingen naar aanleiding van de overtreding van vergunningsvoorschriften, maar ook bijvoorbeeld de vondst van wapens en/of drugs in het bedrijf of zelfs een vechtpartij of schietincident. Aangezien de gevolgen van een dergelijke sluiting voor de ondernemer zeer ingrijpend zijn dient het bestuursorgaan zorgvuldig te handelen voordat er tot sluiting kan worden overgegaan.
Aan de andere kant bestaat er bij het bestuursorgaan vaak de behoefte om -met name na een incident- zo spoedig mogelijk tot sluiting over te gaan. Bij spoedige sluiting kan echter de zorgvuldigheid van de besluitvorming onder druk komen te staan.
Advocaat sluitingsprocedure
Het is niet verplicht om in het kader van een sluitingsprocedure een advocaat in te schakelen. Wel is het vaak verstandig.
Het komt ook regelmatig voor dat een advocaat uitsluitend "op de achtergrond" over de sluitingsprocedure zonder dat de wederpartij daarvan op de hoogte wordt gesteld.
Meester Advocaten beschikt over meerdere advocaten en juristen die ruime ervaring hebben met de sluitingsprocedure.
Reden van de sluiting
De sluiting kan om diverse redenen plaatsvinden, zoals bijvoorbeeld:
- Overtreding van de Opiumwet (aanwezigheid van zogenaamde handelhoeveelheid drugs op bezoeker);
- Vechtpartij/schietpartij/openbare orde;
- Discriminatie;
- Geen (geldige) Drank- en Horecavergunning;
- Geen (geldige) gebruiksvergunning;
- Geen (geldige) exploitatievergunning;
- Overtreding milieuregelgeving.
Hoe verloopt de procedure?
- Constatering probleem
- Interne afweging bij gemeente
- Voornemen besluit
- Dwangsom
- Besluit tot sluiting
- Bezwaarprocedure
- Verzoek voorlopige voorziening
- Eventueel: uitspraak rechter in verzoek voorlopige voorziening
- Beslissing op bezwaar
- Beroep
- Hoger beroep
- Verzoek tot heropening
Ten eerste dient er door de gemeente te worden geconstateerd dat er sprake is van een grond tot sluiting. Hieraan kan nog een fase voorafgaan, het bijvoorbeeld laten observeren door de politie bij het vermoeden van handel in drugs of overige goederen (heling).
2. Interne afweging bij gemeente
Vervolgens dient het bestuursorgaan intern af te wegen in hoeverre deze constatering in redelijkheid tot sluiting mag leiden. Daarbij dient rekening te worden gehouden met alle omstandigheden van het geval, waaronder ook de belangen van de ondernemer. Ook speelt het algemeen belang/de openbare orde hierbij een rol. Zo zal eerder kunnen worden gesloten bij een aantoonbaar grootschalige handel in harddrugs binnen het bedrijf dan bij overtreding van een 'minder zwaar' vergunningsvoorschrift.
Bij de interne afweging van de gemeente is het gebruikelijk dat zij ook de nodige adviezen inwint, zoals bijvoorbeeld van de politie.
3. Voornemen besluit
Voordat door een bestuursorgaan een besluit wordt genomen tot sluiting van een horecabedrijf, wordt meestal eerst (schriftelijk) kenbaar gemaakt dat het bestuursorgaan van plan is om dit besluit te nemen, waarbij de horecaondernemer wordt uitgenodigd om hierop mondeling dan wel schriftelijk zijn zienswijze kenbaar te maken.
4. Zienswijze voorafgaand aan sluiting
Het is van groot belang dat de horecaondernemer gebruik maakt van de gelegenheid om voorafgaand aan de sluiting hierop zijn zienswijze kenbaar te maken. Dit kan zowel mondeling als schriftelijk geschieden. In de praktijk heeft het over het algemeen de voorkeur om in ieder geval een bespreking te laten plaatsvinden over de voorgenomen sluiting waarbij de ondernemer ook nadere informatie van het bestuursorgaan krijgt over de achtergrond van de voorgenomen sluiting. Daarnaast is het vaak verstandig om hiervan een gespreksverslag te maken en dit verslag aan de gemeente toe te sturen.
In het zienswijzengesprek kan de horecaondernemer mogelijke misverstanden bij de gemeente weghalen en kan het bestuursorgaan ook nader worden geïnformeerd om uiteindelijk tot een zorgvuldiger besluit te komen. Indien het bestuursorgaan de horecaondernemer niet in de gelegenheid heeft gesteld om voorafgaand aan de sluiting een zienswijze te verstrekken leidt dit volgens de rechtspraak meestal niet tot een aantasting van het besluit.
5. Besluit tot sluiting
Nadat de zienswijze al dan niet door de ondernemer is verstrekt, wordt nogmaals een afweging door het bestuursorgaan gemaakt over de vraag in hoeverre er tot sluiting dient te worden overgegaan. Dit moment kan overigens in tijd zeer kort liggen na het voornemen tot het besluit.
Het besluit tot sluiting wordt aan de ondernemer toegezonden, maar in veel gevallen ook door de politie uitgereikt. Tegen dit besluit staat de mogelijkheid open om bezwaar hiertegen aan te tekenen.
6. Bezwaarprocedure
Binnen 6 weken nadat het besluit is genomen kan hiertegen bezwaarschrift worden ingediend. Meer over de bezwaarschriftprocedure
7. Verzoek voorlopige voorziening
Met het indienen van een bezwaarschrift start weliswaar een juridische procedure, maar is het bedrijf nog steeds gesloten. Aangezien een bezwaarschriftprocedure gemiddeld maanden de tijd vergt, bestaat de mogelijkheid om de rechter te verzoeken een spoedmaatregel te treffen. Een dergelijk verzoek wordt gedaan onder de naam 'verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening'. Meer over 'verzoek voorlopige voorziening'
8. Eventueel: uitspraak rechter in verzoek voorlopige voorziening
Indien direct na het moment van sluiting een verzoek wordt ingediend tot het treffen van een voorlopige voorziening zal de rechter in de praktijk uitspraak doen voorafgaand aan de beslissing op bezwaarschrift door het bestuursorgaan. De rechter kan het verzoek toewijzen of afwijzen.
9. Beslissing op bezwaar
Meestal duurt het enige tijd voordat het bestuursorgaan een beslissing heeft genomen op het bezwaarschrift. Voorafgaand aan deze beslissing vindt altijd een hoorzitting plaatst in het kader van de behandeling van het bezwaarschrift. Sommige gemeenten hebben hiervoor een onafhankelijke bezwaarschriftencommissie ingeschakeld, andere gemeenten een commissie met een onafhankelijke voorzitter en weer andere gemeenten hebben in het geheel geen onafhankelijke personen bij deze procedure betrokken.
10. Beroep
Nadat de beslissing op het bezwaarschrift is gevolgd staat hiertegen beroep open binnen een termijn van 6 weken.
Meer over 'in beroep gaan'
Als u het niet eens bent met de beslissing op het bezwaarschrift, kunt u binnen 6 weken na deze beslissing beroep (laten) instellen bij de rechtbank. Dit kan over het algemeen alleen als eerst de bezwaarschriftprocedure is gevolgd. Voor de indiening van het beroepschrift gelden dezelfde eisen en termijnen als voor het uindien van een bezwaarschrift. Ook hier bestaat de mogelijkheid om een pro forma beroepschrift in te dienen. De gronden van het beroep dienen dan wel tijdig te worden aangevuld. Het uitblijven daarvan levert niet-ontvankelijkheid op.
Amders dan bij de bezwaarschriftprocedure bent u bij het instellen van beroep griffierecht verschuldigd. Indien dit niet tijdig wordt betaald, wordt het beroep niet-ontvankelijkheid verklaard.
Het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen dient naar aanleiding van het beroepschrift een verweerschrift in en stuurt de relevante stukken aan de rechtbank op. De rechtbank kan een zitting gelasten, maar is daartoe niet verplicht. De rechtbank doet schriftelijk uitspraak. De mogelijkheid bestaat om tegen deze uitspraak in hoger beroep te gaan.
Ook het indienen van beroep (net als het aantekenen van bezwaar) heeft geen schorsende werking. Dat betekent dat de gevolgen van het besluit waarmee u het niet eens bent, niet worden opgeschort. Om dit wel te kunnen bereiken, bestaat de mogelijkheid bij de rechtbank een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen.
11. Hoger beroep
Indien het beroep ongegrond is verklaard staat hiertegen hoger beroep open.
12. Verzoek tot heropening
Los van de procedure die betrekking heeft op de vraag of er al dan niet terecht is gesloten, kan een verzoek bij het bestuursorgaan worden ingediend tot heropening. Een dergelijk verzoek heeft met name betrekking op situaties waarin het horecabedrijf is gesloten op grond van de aantasting van de openbare orde (vechtpartij/schietpartij/aanwezigheid wapen of drugs).
Indien een dergelijk incident zich heeft voorgedaan, is (nagenoeg) iedereen het erover eens dat na enige tijd de openbare orde zich weer heeft hersteld. Heropening kan dan meestal met succes worden verzocht. Een aantal gemeenten heeft hiertoe zelfs een expliciete regeling opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
Een discussiepunt is echter vaak hoeveel tijd er moet zijn verstreken om de openbare orde zich te laten herstellen. Dit kan reeds binnen enkele uren het geval zijn, maar er zijn ook situaties denkbaar waarin dit een paar maanden tijd kost.
Vervolgens zal het bestuursorgaan (meestal de Burgemeester) bij een verzoek tot heropening willen worden overtuigd van het feit dat de ondernemer er alles aan doet (of zal doen) om herhaling van de bewuste situatie te voorkomen. Zo komt het vaak voor dat in een verzoek tot heropening tal van aanvullende veiligheidsmaatregelen worden omschreven die zullen worden getroffen. Ook komt het voor dat de doelgroep van het bedrijf of zelfs het gehele bedrijfsconcept wijzigt.
- gebiedsgerichte informatie Amsterdam
- rookverbod horeca
- geluidseisen / geluidsoverlast
- (ver)bouwen hotel
- brandveiligheid
- afnameverplichting
- Allergenenwetgeving horeca
Bekijk alle dossiers
Onze specialisten op dit onderwerp:
Meer informatie?
Tips
Nadat te kennen is gegeven dat er tot sluiting wordt overgegaan is het verstandig om direct kenbaar te maken dat u hiertegen een zienswijze kenbaar wenst te maken.